Bijdruk stress

Sinds mijn eerste publicatie is verschenen, verkeer ik bijna continu in een mentale staat waar ik moeilijk uit kom. De beste omschrijving is dat ik voortdurend ‘aan sta’. Net zoals een echte ondernemer dus. In mijn hoofd en in praktijk ben ik steeds bezig. Als er bestellingen komen, is er werk aan de winkel. Komt er eens twee dagen lang geen bestelling binnen, dan neemt direct de onrust toe. Dan overheerst het gevoel dat ik iets moet dóen. Stilstand is achteruitgang. Ondernemerschap is permanent in beweging blijven, anders stagneert de boel. Vermoeiend hoor.

Bij het volgende boek zal het in mijn hoofd vast wat rustiger zijn. Zodra dat verschijnt, heb ik intussen wel geleerd hoe het allemaal werkt. Nu echter, ben ik volop aan het pionieren. Ik heb geen voorbeeld uit eigen verleden. Daarom handel ik voornamelijk maar gewoon naar eigen goeddunken. Ook als het gaat om ingewikkelde keuzes.

Want stel, je geeft een boek uit. Dan moet je voor de eerste oplage inschatten hoe veel je er naar verwachting verkoopt. Maar waarop baseer je dat? Als je met een man gaat praten, zal hij waarschijnlijk zeggen: ‘Bestel er gelijk maar een stuk of 2.000.’ Leg je hetzelfde vraagstuk voor aan een vrouw, dan oppert zij waarschijnlijk een veel lager aantal.

In mijn omgeving heb ik overigens toch een paar voorbeelden. In beide gevallen zijn het vrouwen die een boek over hun vader of hun opa geschreven hebben. De ene schrijfster vond het mooi dat zij haar oplage van 165 stuks goed kwijtraakte. De ander ging te raden bij … jawel, een man. En zij heeft twee jaar later nog dozen vol onder de trap staan.

Zelf hou ik het bij zeer bescheiden aantallen. Ik kan het mij gewoon niet permitteren om met boeken te blijven zitten. Bovendien heb ik bij de sluiting van mijn eerste eenpersoonszaak een uiterst concrete les geleerd. Want ook bij mij onder de trap staan twee grote plastic opbergboxen met oude voorraad.

Onlangs stond ik voor de keuze: ga ik nu bijbestellen of niet? Mijn vaste leverancier had een leuke korting in de aanbieding, met een harde deadline. Inmiddels weet ik dat er veel belangstelling is na elk artikel dat in een krant verschijnt. Maar ik heb ook gezien dat het ruim een week daarna aanmerkelijk rustiger wordt. Toevallig zat ik net in een verkoopdip voordat die deadline verliep.

Dus stond ik voor een moeilijke keuze. Ga ik nu bijbestellen en die korting pakken, met het risico dat ik straks met een restpartij zit? Of laat ik die korting lopen, met het risico dat ik straks boeken te kort kom en veel duurder uit ben? Wanneer bepaal je trouwens dat een boek is uitverkocht? Ik bedoel: definitief? Je kan een boek tenslotte altijd laten bijdrukken. Maar hoe veel dan?

Ik heb de gok genomen en een vierde bescheiden oplage laten komen. Dit betekent dat ik in mijn ondernemersrol moet zorgen voor de nodige reuring, zodat ik daarna weer rust krijg in mijn hoofd. Juist dat is hard nodig, want ik moet mij in mijn schrijversrol kunnen concentreren op het schrijfproces van het volgende deel. Zucht.

Wanneer je een boek uitgeeft

Dit is toch wel een van de meest enerverende weken sinds tijden geweest. Er komt nogal wat op je af wanneer je een boek in eigen beheer uitgeeft. Ik heb onder meer een interview en een heuse fotoschoot achter de rug. Met een beetje geluk geeft de extra publiciteit mijn onderzoeksproject een steuntje in de rug. Het scheelt dat ik over de nodige vakkennis beschik. Dankzij de kronkels in mijn loopbaan kan ik heel veel zelf uitvoeren zonder dat dit meteen een vermogen kost.

Wat die kronkels uit mijn carrière betreft, zal ik wat taken op een rijtje zetten.

  1. Onderzoek verrichten. Check. Ik ben al sinds 1995 kind aan huis in menig archief en in hun cryptisch opgestelde inventarissen weet ik de weg.
  2. Schrijven. Hm. Oké, Raam Open is geen schoolvoorbeeld, maar oefening baart kunst, zullen we maar zeggen. Ik heb professioneel ervaring met het schrijven van werk- en proceshandleidingen. Dus.
  3. Vormgeven en redigeren. Check. Heb ik jarenlang gedaan. Bijkomend voordeel: mijn werkgever was een dochteronderneming van een gerenommeerde en commercieel succesvolle uitgeverij. In no time heb ik gemerkt dat het in bepaalde kringen deuren opent zodra ik vertel dat ik bij een uitgeverij heb gewerkt. Dan neemt men een in eigen beheer uitgegeven boek sneller serieus.
  4. Plannen en organiseren. Check. Als je een boek uitgeeft, moet je planmatig denken voor de logistiek en de marketing. Er moeten bijvoorbeeld voldoende boeken op voorraad zijn, zodra er een artikel over je boek in de krant verschijnt.
  5. Marketing en marktkennis. Check. Ik weet waar mijn doelgroepen zitten. Ik ken hun wensen en weet hoe ik deze mensen kan bereiken.
    De weg daarnaartoe kent nog wel een paar uitdagingen. Zo heb ik andere mensen nodig om een groter bereik te krijgen. Dan scheelt het als tussenpersonen merken dat je hun taal spreekt. Zo kon ik tegen de journaliste zeggen dat ik een opleiding praktische journalistiek heb gedaan. Zij vond mijn persberichten goed, zo bleek. En een goed persbericht scheelt haar een hoop werk.
  6. Prijsbepaling. Kijk, hier komt mijn senioriteit om de hoek kijken. Want ik weet nu wat ik te bieden heb en welke waarde mijn product heeft. Mijn boek heeft een bij het Commissariaat van de Media vastgelegde prijs.
  7. Verkoop. Grappig hoe dit werkt. Bij mijn eerste bedrijf had ik er enorm moeite mee om voor koude acquisitie bij winkels langs te gaan en een harde prijsonderhandeling aan te gaan. Het was totaal niet mijn wereld.
    Bij mijn tweede bedrijf speelde onder meer de onzekerheid van het impostor syndrome een rol.
    Nu is alles anders en heb ik nergens last van. Want ik verkoop mijn eigen product, waar ik alles van af weet. Bovendien heb ik iets origineels gedaan. Maar veel belangrijker: met wat ik bied, voorzie ik in een overduidelijke vraag.
  8. Avontuurlijkheid. Verkoopactiviteiten zijn nu leuk. Sterker, het aan de man brengen van mijn product is een waar avontuur. Een route die naar allerlei boeiende ervaringen en ontmoetingen leidt. Daarbij behoud ik mijn volledige vrijheid. Met deze insteek wordt zelfs een fotoshoot leuk.
  9. Administratie. Ook zoiets. Zeg je dat je bij een accountantskantoor hebt gewerkt, dan heb je meteen een reputatie van degelijkheid. Bijkomend voordeel: ik doe die administratie zelf. Zo heb ik gelijk een goed financieel overzicht.
  10. Nieuwsgierigheid. Ja, dat is in dit geval wel mijn grootste kwaliteit. Het begin van alles, het midden en het eind.

Maar goed, ik ben dus benieuwd wat er volgende week in drie kranten verschijnt.

Vergankelijk of van blijvende betekenis

Eeuwenoude terrassenbouw op La Gomera

‘Geld is belangrijk voor werknemers, maar zeker niet hun hoogste prioriteit.’ zegt socioloog Richard Sennett in verband met de flexibilisering van de arbeidsmarkt. ‘Ze hebben een verhaal nodig over hun werkende leven. Iets waarop ze achteraf tevreden kunnen terugkijken: dit heb ik door hard werken stapje voor stapje bereikt, en mijn kinderen zullen het op hun beurt nog beter krijgen.’ (De Volkskrant, 1 juli 2017.)

Met de imposante uitvaartceremonie van koningin Elizabeth II vers in het geheugen, maak ik de balans op van wat ik zelf heb bereikt tussen 1981 en 2021. Professioneel gezien en voor mijn niet bestaande kinderen.

Qua werk bestond het overgrote deel van mijn bijdrage uit ervoor zorgen dat de juiste gegevens tijdig en compleet beschikbaar waren. Financiële administraties, afspraken in agenda’s en contracten, notulen van vergaderingen, urenstaten en voorraadbestanden. Ik verschafte anderen inzicht, zodat zij gefundeerde besluiten konden nemen. Al mijn werk is inmiddels door de shredder gehaald. Voor de belastingdienst geldt een bewaarplicht van zeven jaar.

Het studiemateriaal, waaraan ik heb gewerkt, is dezelfde weg gegaan. Naar huidige maatstaven zag onze vormgeving er niet uit. Maar in 1990 bracht mijn werk een verbetering. Hoeveel mensen hun diploma hebben gehaald dankzij mijn bijdrage, weet ik niet. Het is lastig na te gaan. En het bedrijf waarvoor ik werkte, is in een conglomeraat opgegaan. Misschien hebben ze uit nostalgische overwegingen nog een syllabus bewaard.

En dan die internationale ontwikkelingsorganisatie. Mijn bijdrage was een schakeltje in een proces waaraan vele mensen samenwerkten. Een proces dat bovendien door tal van factoren beïnvloed werd. Er zijn genoeg evaluatierapporten geschreven met resultaten en effecten. Jaren zijn voorbijgegaan. Hoe het nu met de betrokkenen gaat? Wat de lange-termijneffecten van bepaalde programma’s zijn? Ik zou het graag willen weten.

Wat is er echt blijvend? In mijn geval boven alles het genealogische onderzoek naar mijn voorouders. Duizenden in vergetelheid geraakte mensen zagen hierdoor opnieuw het daglicht. Op mijn familiewebsite zullen ze nog wel even voortleven. En in een volgend bericht onthul ik hoe zij zich digitaal blijvend verspreiden.

Opmerkelijk, dat vrijwilligerswerk zoveel duurzamer lijkt te zijn dan betaald werk. Bovendien kreeg ik de belangrijkste inzichten voor mijn latere werk in de ontwikkelingssector dankzij verdieping in de leefomstandigheden van mijn voorouders. Wat ik daarna op de universiteit leerde, was hiervan een bevestiging.

Je zou denken dat ik mijn welvaart en vermogen heb te danken aan mijn werk. Maar ook mijn (voor)ouders hebben direct of indirect bijgedragen. De banen zorgden vanaf 1981 voor brood op de plank en voldoende geld om te reizen. Vervolgens zorgden die reizen en het familieonderzoek voor nieuwe kennis en inzichten. De inzichten deel ik sinds 2013 op mijn blog. Maar wat daarvan nu het effect is?

(De basistekst van dit logje uit juli 2017 is onlangs gewist bij de sloop van mijn blog. Het blijft relevant en daarom publiceer ik het opnieuw.)